Nieuws

Bodemstructuur verbeteren door meer organische stof

Gepubliceerd op
17 juni 2019

De afgelopen twee jaar waren droog, wat leidde tot lagere gewasopbrengsten. Het toevoegen van meer organische stof aan de bodem zorgt ervoor dat de bodem het water beter vasthoudt. Een goede bodemstructuur is dan ook essentieel voor een optimale mineralenbenutting op bedrijfsniveau.

De bodem is één van de belangrijkst productiefactoren voor een ondernemer. Het is belangrijk om het organische stofgehalte van de bodem op peil te houden of juist te verbeteren. Meer organische stof in de bodem levert naast een positief bijdrage aan de waterkwaliteit, ook een positieve bijdrage aan de bodemvruchtbaarheid. Organische stof bindt nutriënten en water. Door een hoger organisch stofgehalte kunnen meer nutriënten worden gebonden en kan meer water worden vastgehouden. Dit beperkt de uit- en afspoeling van nutriënten en zorgt voor een betere waterberging in een perceel. Dit zorgt voor minder droogteschade in droge zomers.

Maatregelen ter verhoging organische stofgehalte

Jaarlijks wordt 1 tot 4 procent van de organische stof in de bodem afgebroken. Deze kan onder andere  aangevuld worden door het perceel te bemesten met ruige stalmest en/ of compost. Compost heeft als voordeel dat het veel effectieve organische stof bevat. Andere maatregelen betreffen bijvoorbeeld toepassen van een goede groenbemester na mais, meer grasteelt, strokenteelt of niet kerende grondbewerking, leeftijd zode van blijvend grasland verhogen, gebruik van vaste mest, maar ook gebruik van slootmaaisel als bemesting. Koeien & Kansen bedrijven proberen met dit soort maatregelen het organische stofgehalte van bepaalde percelen te verhogen. Dit wordt ook gemonitord op deze bedrijven.

Genoemde maatregelen leiden tot een verbetering van de bodemvruchtbaarheid en de aanvoer van mineralen. Het draagt bij aan een verbetering van de bodemstructuur en het watervasthoudend vermogen op het perceel. Dit heeft als voordeel dat het beschikbare water beter vastgehouden wordt, waardoor de behoefte aan beregenen in droge periodes afneemt. Bovendien is het een stimulans voor het bodemleven. De grond wordt luchtiger en leidt tot een betere beworteling. Er zullen minder plassen op het land komen te staan na een hevige regenbui.