Nieuws

Sturen op 65 procent eiwit van eigen land

Gepubliceerd op
24 juni 2018

De Comissie Grondgebondenheid kwam op 12 april 2018 met een voorstel waarin staat dat iedere veehouder in 2025 moet voldoen aan een aantal regels. Een van de voorwaarden is dat 65 procent van het eiwit van eigen land moeten komen of zijn ingekocht binnen een straal van 20 kilometer via buurtcontracten. Hoe stuur je binnen je eigen bedrijf op 65% eiwit van eigen land?

Eind september 2017 is door LTO Vakgroep Melkveehouderij en de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO) de Commissie Grondgebondenheid in het leven geroepen. De opdracht voor deze commissie was een voorstel maken waarin grondgebondenheid is gewaarborgd en waar sectorbreed voldoende draagkracht voor is. Een van de regels is de 65 procent eiwit van eigen land.

De grote vraag is nu hoe staat uw bedrijf tegenover deze 65% en wat weten we al vanuit het verleden om zo te kunnen sturen naar de toekomst. Om van het verleden te leren is er een data analyse gedaan op basis van driejarige gemiddelde kringloopwijzercijfers van 270 melkveebedrijven.

Figuur 1 Percentage eiwit van eigenland

Als we naar het verleden kijken dan vallen de volgende zaken op. Vanuit figuur 1 blijkt dat al de bedrijven gemiddeld genomen de 65 procent niet halen. Als we kijken naar de intensiteitsgroep tot 13.000 kilogram melk per hectare valt het op dat de 25% laagste de 65% eiwit van eigen land net halen, terwijl dit voor deze intensiteitsgroep gemakkelijk zou moeten kunnen. Wat verder opvalt, is dat de 25% beste binnen de intensiteitsgroep 21 – 25 de 65% ook haalt. Dit terwijl de 25% laagste bij de twee extensievere groepen daarvoor de 65% niet halen, hoewel het voor deze bedrijven door hun extensiteit gemakkelijker moet zijn om de de 65% te halen. Dat de top van een intensievere groep het wel haalt betekent dat er veel ruimte is om op managementniveau te sturen.

Pas eiwit van eigen land optimaal in rantsoen

De vraag is nu wat is het grootste verschil tussen de 25% hoogste en de 25% laagste. Uit de analyse blijkt dat dit vooral ligt bij de samenstelling van het rantsoen. Daarbij valt op dat de 25% hoogste vooral meer gras voeren dan de andere bedrijven. En als we kijken hoe deze bedrijven dat doen valt op dat deze bedrijven vooral minder maïs en bijproducten voeren. Het is belangrijk om goed en voldoende eiwit van uw land te winnen en dit op te voeren aan uw koeien. Dit betekent bij de 25% hoogste dat de mais en de bijproducten minder worden ingepast, zodat er meer ruimte overblijft voor het gras. Onze tip is dan ook, maak eens een voerbalans waarin u berekent hoeveel gras en maïs u per dag kan voeren met de (verwachte) voorraden. Als u teveel gras heeft dan is onze vraag is dat echt zo? Wat is uw aankoop? Als deze hoog is, is het maar de vraag of u echt teveel gras heeft. Er zijn veel manieren om meer gras in uw koeien te krijgen als u bijvoorbeeld mais heeft ingezaaid is het dan een goede optie om daar MKS van te maken? Dan heeft u wel de energie maar niet de tonnen, met als groot voordeel dat deze ruimte kan worden ingevuld met eigen gras en dus eigen eiwit. Ook het maken van grasbrok is een goede oplossing, er zijn steeds meer melkveehouders die het maken. Daarmee besparen ze op krachtvoeraankoop en voorkomen ze het verkopen/weggeven van eigen graskuil, zonder dat de melkproductie onder druk komt te staan.

tab2bas.GIF

Meer informatie

Kortom er zijn volop mogelijkheden om het eigen voer te benutten! Als u wilt kijken waar uw bedrijf nu staat kan u op mijnkringloopwijzer.nl via de rapportage knop: Resultaten + Verklaringen uw percentage eiwit van eigen land opvragen, deze vindt u op pagina 9.